Citroën heeft een nieuwe CEO: Thierry Koskas. Zijn voorganger, Vincent Cobée, kon zijn bureau leegruimen na te stellige uitspraken over de onvermijdelijke ‘dood’ van de SUV waarmee hij totaal de plank missloeg. Omdat ook de verkopen van Citroën in januari rampzalig waren (met name op de thuismarkt, waar zowel Dacia als Toyota inmiddels meer auto’s verkopen), werd Cobée verteld dat hij beter kon kiezen voor “een functie elders” zoals dat sinds onze laatste, bijzonder moeizaam verlopen kabinetsformatie heet.
Waarom zijn de dagen van de SUV volgens Cobée geteld? Als reden noemde de voormalige chef van Citroën de ongunstige aerodynamica van dergelijke modellen. Dat zou bij elektrische aandrijving resulteren in een relatief kleine actieradius. Cobée spreekt van een verschil van minimaal 60 à 80 kilometer. Goh. Cobée vergeet echter hier bij te vermelden dat dit verschil alleen optreedt als er (constant) met een hoge snelheid gereden wordt. Het gros van de autoritten vindt echter in en om de woonplaats van de autobezitter plaats. Tijdens dergelijke ritten ligt het tempo veel lager. Autointernationaal.nl durft de stelling aan dat, kijkend naar het feitelijk gebruik van een auto, het verschil in actieradius hooguit 20 kilometer zal zijn. Bij een totaal rijbereik van 400 kilometer gaat het dus om 5 procent. Is dat een reden om de SUV dood te verklaren? Absoluut niet.
Cobée maakt nóg een denkfout. Daarvoor kunnen we het beste de actieradiusclaim van 2 elektrische modellen van zustermerk Peugeot naast elkaar zetten: die van de e-208 en de e-2008. Beiden hebben (nu nog) een 50 kWh groot accupakket. Daarmee kunnen zij volgens de fabrieksopgave 361 respectievelijk 342 kilometer ver komen. Een verschil van 19 kilometer. Dus Cobée: uit welke duim zuig jij die 60 à 80 kilometer verschil? Doe eerst je huiswerk voordat je allerlei ongefundeerde uitspraken doet!
Bovendien: zal de consument de Peugeot e-2008 laten staan omdat die SUV in de praktijk ‘slechts’ 342 kilometer ver komt en niet 361 kilometer ver? Nee, hij hanteert heel andere koopcriteria. Zoals het grotere in/uitstapcomfort in vergelijking met de e-208, de betere overzichtelijkheid van de carrosserie, het grotere gevoel van veiligheid aan boord, het royalere interieurruimte, de grotere kofferbak en/of het idee met een volwassen, echte gezinswagen onderweg te zijn in plaats van met een model waar toch een beetje een boodschappenauto lucht aan zit. Die 19 kilometer verschil in actieradius zullen echt geen dealbreaker zijn. Helemaal niet omdat het gros van de ritten die de autoconsument veel korter is. Stel dat die gemiddeld 40 kilometer is, dan kan je daarvoor dus net zo goed in een e-2008 stappen. In dit SUV model zal je immers heus niet eerder hoeven op te laden dan wanneer jij jouw dagelijkse ritten in een e-208 maakt. Beide auto’s laad je gewoon ’s nachts op.
Kortom: Cobée dacht beren op de weg voor de elektrische SUV te zien die er helemaal niet zijn. Er is dus geen enkele reden om te denken dat de populariteit van de SUV zal afnemen. De jongste Europese verkoopcijfers bewijzen dat: in januari koos ruim 51 procent van de Europeanen voor een SUV. Een record. Dat verkoopresultaat ligt in lijn met een jarenlange, gestage groei van de populariteit van de SUV. Elke junior marktanalist kan dat in 5 minuten zien. Het ontging alleen de CEO van Citroën.
Hij gelooft liever in lagere modellen zoals de C4 en de C5 X. Die zouden volgens Citroën net zo stoer zijn als een echte SUV maar veel efficiënter zijn. Wel nu, de C4 is ronduit geflopt. In Frankrijk zou een dergelijk C segment model een plek in de verkooptop 10 moeten kunnen bemachtigen, maar zelfs een plaats veroveren in de top 20 lukt dit nergens op lijkende model niet. De jongste verkoopcijfers van de C5 X laten zien dat er geen enkele reden is om aan te nemen dat dit model populairder zal worden dan de oh zo veel wind vangende C5 Aircross.
Het vertrek als merk chef van Citroën kwam voor Cobée (in 2020 weggekocht bij Renault-Nissan, waar hij verantwoordelijk was voor de mislukte comeback van het merk Datsun …) dus geen dag te vroeg. Hij wordt zoals gezegd opgevolgd door Thierry Koskas die reeds voor Stellantis werkzaam was als verkoopdirecteur voor het hele concern. Dat juist hij is uitgekozen om het zinkende schip dat Citroën heet weer vlot te trekken, is geen toeval: het merk met het visgraatlogo heeft momenteel een serieus verkoopprobleem en is daarmee de zwakste schakel van het merkenketting van Stellantis. Volgens de topman van dit autoconcern, Carlos Tavares, is Koskas geknipt voor de functie. Laten we dat hopen. Het beste wat hij kan doen is respecteren wat de autoconsument wil: een SUV.
