De interesse voor elektrische auto’s is aan het dalen. Terwijl rijden in een personenwagen zonder verbrandingsmotor voor een kleine groep steeds normaler wordt, is er ook een steeds groter wordende groep die zich afzet tegen deze trend. Dat concludeert de ANWB na onderzoek. De prijs blijkt voor veel mensen de grootste drempel.
De ANWB vraagt elk jaar zo’n 2.000 mensen naar hun mening over elektrisch rijden. Voor het eerst is de groep die niet van plan is elektrisch te gaan rijden, groter dan de groep die binnen 5 jaar wel een auto zonder verbrandingsmotor denkt aan te schaffen. “De houding van de Nederlander ten aanzien van elektrisch rijden lijkt te polariseren”, concludeert de ANWB in het rapport ‘Elektrisch Rijden Monitor’.
Vooral de hoge aanschafprijs van een elektrische auto wordt door velen als drempel genoemd. 71 procent vindt dit soort modellen te duur. Gemiddeld kost een nieuwe elektrische auto 45.850 euro. Het bedrag dat kopers gemiddeld willen uitgeven is fors lager: 31.699 euro. Wel moet gezegd dat het aanbod van tweedehands elektrische auto’s groter wordt. Zo zijn modellen met een actieradius van 300 kilometer er ook al voor 18.000 euro.
Maar diegenen die interesse hebben in een elektrische auto, doen er overigens goed aan om niet alleen naar de aanschafprijs te kijken. De kosten per kilometer bepalen of het gunstig is voor de portemonnee. Bij een elektrische auto is men minder geld kwijt aan stroom en onderhoud. De afschrijving is echter wel hoger. Met andere woorden: een nieuwe elektrische auto wordt sneller minder waard dan een model met een verbrandingsmotor. Volgens de ANWB komt dat omdat tweedehands elektrische auto’s op dit moment niet zo in trek zijn. Met name de staat van de accu wordt als een onzekere factor gezien.
Volgens de ANWB is elektrisch rijden het afgelopen jaar vooral door die afschrijving duurder geworden. Waar een elektrische auto in 2022 nog gemiddeld 61 cent per kilometer kostte, is dat nu 72 cent per kilometer. Ter vergelijking: een model met een benzinemotor zit op 64,8 cent per kilometer. Echter, wie veel rijdt en goedkoop kan laden, bijvoorbeeld door een overvloed aan zonnepanelen of via dynamische energietarieven, kan met een elektrische auto uiteindelijk toch goedkoper uit zijn. Maar om dat zeker weten, is wel flink wat rekenwerk nodig.
De ANWB heeft een speciale tool ontwikkeld waarin kosten van auto’s met elkaar vergeleken kunnen worden. Hierin wordt uitgegaan van een elektriciteitsprijs van 0,46 euro per kWh en een benzineprijs van 2,01 euro per liter. Men kan zelf invullen hoeveel kilometers je verwacht te rijden en hoelang je de auto in bezit houdt. Hieronder staat een voorbeeld van 2 vergelijkbare nieuwe auto’s van het merk Volkswagen: een elektrische ID.3 en een Golf met benzinemotor. Indien er van uitgegaan wordt dat een auto 10 jaar lang in het bezit blijft en er per jaar circa 20.000 kilometer mee gereden, dan is de Golf goedkoper. Maar als men goedkoop kan laden, dan is het financiële plaatje anders.
In werkelijkheid zijn de kosten van elektrische auto’s overigens wat lager. Zo is onlangs bekend geworden dat eigenaren van zo’n personenwagen langer kunnen blijven genieten van een korting op de MRB (Motor Rijtuigen Belasting), ook wel wegenbelasting genoemd. Dat is in de ANWB-tool en de grafiek hierboven nog niet verwerkt. De belastingkorting wordt de komende jaren langzaam afgebouwd en verdwijnt pas in 2031. Ook de aanschafsubsidie is in de rekenmodule niet meegenomen. Dit levert enkele duizenden euro’s korting op.
Kijkend naar bovenstaande voorbeeldberekening is het niet verrassend dat elektrisch rijden op dit moment vooral populair is bij mensen die beschikken over een eigen parkeerplek en zonnepanelen. 31 procent van de Nederlanders beschikt over deze combinatie, aldus de ANWB. Deze mensen kunnen in principe goedkoop laden. 11 procent van de Nederlanders met zonnepanelen en een eigen parkeerplek rijdt momenteel al elektrisch. Van alle automobilisten rijdt 5 procent elektrisch. In Nederland reden in 2023 namelijk ruim 442.000 personenwagens van dit type rond.
Naast de aanschafprijs en het niet beschikken over een eigen laadplek, wordt in het onderzoek van de ANWB ook de actieradius als drempel genoemd. Hoewel de gemiddelde actieradius steeds groter wordt (momenteel 395 kilometer), zijn Nederlanders nog niet overtuigd, zo concludeert de ANWB. Het merendeel van de ondervraagden wenst minimaal 400 kilometer actieradius te hebben .
De positieve impact van elektrische auto’s op het klimaat en de natuur worden in het onderzoek van de ANWB als belangrijkste voordelen voor het elektrisch rijden genoemd. Volgens Milieu Centraal is een elektrische auto stiller, schoner en heeft een dergelijk model minder CO2-uitstoot dan een brandstofauto. Over de hele levensduur zorgt een elektrische auto voor flink minder CO2-uitstoot dan een benzineauto: ruim 60 procent. Daarbij is de productie van de batterij, auto en het gebruik meegerekend. Indien er opgeladen wordt op momenten dat er veel duurzame energie beschikbaar is, kan nog meer CO2 besparen.
