In Duitsland zijn de snelwegen allemaal publiek bezit. Net als bij ons en in België bijvoorbeeld. Maar in onder meer Frankrijk, Italië en Spanje zijn de snelwegen niet zelden in private handen. De Duitse minister van Financiën, Wolfgang Schäube, wil nu dezelfde weg inslaan.
De minister komt met dit plan tegemoet aan het geklaag van de Duitse banken. Die hebben momenteel een grote financiële reserve; geld dat vanwege de historisch lage rentes amper nog wat oplevert. Schäube zit een mes dat aan 2 kanten snijdt: de Duitse staat hoeft zich geen zorgen meer te maken om het onderhoud (en dat scheelt veel kosten) en daarnaast krijgt de overheid door de verkoop van snelwegen in één klap een hele hoop extra geld.
Maar er is altijd een keerzijde van de medaille. De dupe wordt de gebruiker van die snelwegen. Die zal er immers tol voor moeten betalen. Duitsland nam reeds een beslissing in die richting, maar privatisering biedt daar ineens veel meer mogelijkheden voor.
Gelukkig is het nog lang geen realiteit. Duitsland zal eerst zijn grondwet moeten aanpassen om de privatiseringmaatregel door te kunnen voeren. Maar toch: Schäuble, stelt komende week voor de wet zó te veranderen dat de autosnelwegen kunnen worden ondergebracht in een speciale onderneming voor de infrastructuur.
De minister denkt zijn plannen te kunnen verwezenlijken door eerst een grondwetstekst aan te passen. Doel daarvan is er voor te zorgen dat voortaan alleen de federale regering over de autosnelwegen gaat. Nu hebben ook de deelstaten inspraak. Aan het op te richten infrastructuurbedrijf mogen particuliere ondernemingen meedoen. Hun aandeel zou echter niet boven de 49,9 procent mogen uitkomen.
Op dit moment lijkt het plan politiek niet haalbaar. De oppositiepartijen de Groenen en Die Linke zijn tegenstanders van dergelijke privatiseringen en de sociaal-democratische SPD, in de regering coalitiepartner van de christen-democraat Schäuble, laat weten niets te voelen voor het plan.