BMW verwacht dit jaar verder te kunnen groeien, vooral dankzij een sterke vraag naar haar duurdere, volledig elektrische auto’s. In China, de belangrijkste afzetmarkt voor het Duitse autoconcern, staan de verkopen echter onder druk als gevolg van een toegenomen concurrentie.
Het bedrijf voorziet dat de verkopen van de merken BMW, Mini en Rolls-Royce dit jaar licht zullen stijgen. Vorig jaar behaalde het autoconcern een omzet van 155,5 miljard euro, hetgeen 9 procent meer was dan in 2022. De nettowinst daalde in 2023 echter hard: van 17,9 miljard euro in 2022 tot 11,3 miljard euro. Dat kwam doordat er vorig jaar niet kon worden geprofiteerd van een eenmalige meevaller. In 2022 was dat wel het geval. Toen werd de winst opgestuwd door een gunstige herwaardering van het belang dat BMW heeft in een joint venture met de Chinese Brilliance Group. Zonder deze meevaller in 2002 zou de winst afgelopen jaar wel zijn gestegen.
De verkoop van elektrische auto’s schoot vorig jaar met bijna driekwart omhoog tot 375.000 exemplaren. “De BMW Groep leverde aanzienlijk meer van dit type personenwagens af aan klanten dan onze directe Europese concurrenten en ook aanzienlijk meer dan de meeste nieuwkomers uit Azië en de Verenigde Staten”, aldus topman Oliver Zipse. De autofabrikant uit München verwacht dit jaar ongeveer 500.000 elektrisch aangedreven auto’s te verkopen, mede door een sterke vraag naar de i4. Emissievrije personenwagens maken momenteel afgerond 15 procent van de totale verkoop uit. Veel concurrenten van BMW kampen juist met een afnemende wereldwijde vraag naar elektrische auto’s. Dit is vooral in China het geval, waar de verkopen onder druk staan door een kwakkelende economie en door felle prijsconcurrentie met Tesla en lokale producenten.
Doordat BMW merkt dat zij vooral commercieel succes heeft met haar duurdere elektrische modellen, zal het totale gamma worden herzien. In nichemodellen met een verbrandingsmotor zal niet veel geld meer worden gestoken. Concreet gaat het om de Z4, de 2-deurs versies van de 8-serie, en bij dochter Rolls-Royce om de Ghost. BMW volgt hiermee dezelfde koers als andere (Europese) premium fabrikanten. Zo zijn bij Mercedes de AMG GT Roadster, de SLK en de 2-deurs versies van de S-klasse uit het assortiment verdwenen. En de coupé plus cabriolet uitvoeringen van de C- en E-klasse kregen één gezamenlijke opvolger, de CLE.
De beslissing van BMW om de Z4 geen opvolger te geven, betekent dat samenwerkingspartner Toyota, als zij de Supra in haar gamma wil houden, op zoek moet gaan naar een andere partij om de ontwikkelingskosten en de productie mee te delen. Maar het ziet er naar uit dat de Japanners ook geen geld meer zullen investeren in een sportwagen met een verbrandingsmotor.
BMW houdt de Gran Coupé variant van de 8-serie voorlopig wel in het gamma. Bij dochter Rolls-Royce wordt er dus ook gesneden in de onderkant van het portfolio. Daar verdwijnt de Ghost. BMW heeft liever dat Rolls-Royce zich gaat concentreren op, al dan niet op maat gemaakte, exclusieve creaties. Het gat dat de Ghost achterlaat, moet opgevuld worden door een Alpina versie van de jongste 7-serie. Een dergelijk model was er in het verleden ook al, maar het accent verschuift van ‘extra sportiviteit’ naar ‘extra luxe’. Anders gezegd: wat Maybach voor Mercedes is, dat moet Alpina voor BMW worden.
