De import van jonge occasions stijgt al jaren. Dit jaar zijn het er al bijna 140.000, evenveel als in heel 2015. Nederland kan met name geen genoeg krijgen van kleine auto’s, die dan ook de top10 domineren. Daarvan komt meer dan de helft uit Duitsland, zo blijkt uit cijfers van VWE.
Het is dus een misverstand dat importauto’s uit Duitsland altijd groot en luxueus zijn. Met het stijgen van de occasionverkopen nam afgelopen jaren ook de vraag naar kleine en zuinige modellen toe. Dat zien we nu terug in de aantallen.
Tweederde van alle tweedehands auto’s die uit Duitsland wordt geïmporteerd, zijn hatchbacks of compacte MPV modellen. De Nederlandse occasionkoper geeft de voorkeur aan zo’n type auto en als het aanbod beperkt is, zijn autobedrijven er snel bij om dergelijke modellen uit buurlanden te halen.
Uit de meest recente cijfers (augustus t/m oktober) blijkt dat 63 procent van de importauto’s uit Duitsland komt. Zo’n 19 procent vond zijn oorsprong in België. Daarna volgen Frankrijk (4,4 procent) en Spanje (2,9 procent). Auto’s uit deze landen zijn relatief vaak afkomstig uit van verhuurbedrijven.
Bijna alle (96,7 procent) geïmporteerde occasions komen uit West-Europese landen. Import vanuit Oost-Europese landen is beperkt (2,1 procent). Het aandeel van Duitsland in de herkomst van occasions is het grootst (72 augustus t/m oktober) bij modellen uit het A segment (bijvoorbeeld Toyota Aygo).
Bovengenoemd voorbeeld geeft aan dat het niet alleen modellen van Duitse merken zijn die als occasion bij onze oosterburen vandaan worden gehaald. Zo komt 91 procent van alle tweedehands geïmporteerde Fiat Punto’s en 97 procent van alle Mazda’s MX-5 uit Duitsland. Modellen van de merken Renault en Volvo worden daarentegen juist vaker uit andere landen gehaald.
