De PSA Groep heeft zijn winst in de eerste helft van dit jaar met ruim 20 procent zien stijgen naar 1,82 miljard euro. De omzet van de autofabrikant van de merken Citroën, DS, Opel / Vauxhall en Peugeot kwam uit op 38,3 miljard euro. Dat was 0,7 procent minder dan in de eerste helft van 2018. PSA denkt dat de omzet ook over heel 2019 iets lager zal zijn dan in 2018.
Toch is er geen reden voor een mineurstemming bij PSA. Het kostenbesparingsplan Push the Pass werpt volgens topman Carlos Tavares (foto) zijn vruchten af. Ook de integratie van Opel en Vauxhall in PSA verloopt voorspoedig. De omzet mag dan iets zijn gedaald, het Franse autoconcern wist wel meer margerijke modellen te verkopen. PSA heeft in de eerste jaarhelft haar operationele winst daardoor met 10,6 procent weten op te voeren tot 3,4 miljard euro. Bij de autotak ging de winst met 12,6 procent omhoog naar 2, 7 miljard euro. Dit betekende een marge van 8,7 procent. Voor een autofabrikant die opereert in het volumesegment is dat verrassend hoog.
Eind juni stonden er bij dealers en importeurs 659.000 auto’s in voorraad, hetgeen vrijwel evenveel is als een jaar eerder. De winstgroei is voor een flink deel te danken aan besparing op de kosten, stelt Tavares: “Dankzij de focus op de uitvoering van ons strategische plan hebben we een sterke vrije kasstroom en operationele marge neer kunnen zetten. Financieel directeur Philippe de Rovera voegt daar aan toe: “deze cijfers onderschrijven het duurzame karakter van onze prestaties, ondanks de zwakte op de wereldwijde automarkt”. Hij laat weten dat PSA de productiecapaciteit van een Chinese fabriek, die zij samen met aandeelhouder / joint venture partner Dongfeng exploiteert, wil reduceren om zo de output beter af te stemmen op de gedaalde vraag. Hij verwacht dat de Europese automarkt dit jaar met 1 procent zal krimpen. “Maar de onzekerheid rondom de Brexit maakt het moeilijk om een goede voorspellingen te doen”, zo voegt De Rovera daar aan toe.
Brexit
PSA vertrekt uit het Verenigd Koninkrijk als de Brexit de winstgevendheid van het autoconcern bedreigt. Dat laat Tavares weten. De Brexit hangt inmiddels al 3 jaar boven de markt. Tavares blijft hameren op een ordentelijk verloop. Hij meldt dat PSA de Britse Vauxhall fabriek in Ellesmere sluit als de Brexit tot financiële schade lijdt. Tavares herhaalt daarmee eerdere dreigementen aan het adres van de Britse regering.
De nieuwe premier Boris Johnson wil zijn land op 31 oktober absoluut uit de Europese Unie hebben, met of zonder akkoord. Oftewel: tegen elke prijs. Maar dat zou Johnson wel eens duur kunnen komen te staan en niet alleen vanwege het dreigement van Tavares. Ook de SMMT, de federatie van de Britse autosector, roept hem op om een ordentelijke Brexit te regelen. De belangenorganisatie wijst erop dat de productie van auto’s dit jaar al fors is teruggelopen. Meerdere fabrikanten laten weten dat een no-deal Brexit een ernstige bedreiging is voor hun productie-infrastructuur in het Verenigd Koninkrijk.
“Ik zou de productie van de Opel / Vauxhall Astra graag in Ellesmere Port houden, maar als de omstandigheden slecht zijn en ik de fabricage niet winstgevend kan maken, moet ik de rest van het bedrijf beschermen en doe ik het niet”, aldus Tavares. De volgende generatie Astra moet vanaf 2021 zowel in Rüsselsheim (waar Opel haar hoofdfabriek heeft) als Ellesmere Port gebouwd gaan worden. Volgens Tavares is er inmiddels ergens in Zuid Europa (lees: Spanje) een alternatieve productielocatie gevonden.
Ellesmere Port is volgens de SMMT één van de locaties die het meest last zullen hebben van een harde Brexit, aangezien ongeveer drie kwart van de benodigde onderdelen uit de EU geïmporteerd wordt. Bovendien is 80 procent van het productievolume voor het vasteland van Europa bestemd. De huidige editie van de Astra wordt ook in het Poolse Gliwice gemaakt. De Sports Tourer uitvoering komt altijd uit Ellesmere Port. In 2018 zagen daar 77.400 eenheden van de Astra het levenslicht.
In de in 1964 geopende Ellesmere Port fabriek in het Britse Cheshire werken meer dan 1.000 mensen. Ooit waren dat er ruim 2.000. Er zijn tot nu toe meer dan 5 miljoen auto’s geproduceerd. Het begin met de Viva, daarna volgde de Chevette en sinds de eerste Astra in 1980 verscheen (Opel bleef dat model nog Kadett noemen) werd ook dat model er geproduceerd. Er hangt al enkele jaren onzekerheid boven de fabriek bij generatiewisselingen, maar tot nu toe ontsprong de faciliteit steeds de saneringdans, zij het in afgeslankte vorm. Vauxhall heeft ook nog een fabriek in Luton. Daar rolt de Vivaro van de band.
Autonoom rijden in de toekomst
Over de toekomst meldt Tavares: “Wij zijn klaar voor de elektrificatie van ons gamma en zijn goed gepositioneerd om ook de andere technologische uitdagingen aan te gaan”. PSA is namelijk begonnen met het testen van autonome rij techniek in de Spaanse stad Vigo. De proef, die met name is gericht op de communicatie tussen voertuig en infrastructuur, wordt uitgevoerd in samenwerking met het Centre Technologique de l’Automobile de Galice (CTAG). Het doel is om te testen hoe autonome voertuigen zouden kunnen communiceren in de complexe infrastructuur van een stadsomgeving.
De samenwerking omvat een aantal disciplines, waaronder de bescherming van kwetsbare verkeersdeelnemers, automatisch parkeren, autonoom rijden in stedelijk gebied en ‘optimale snelheidsregulering’ wanneer voertuigen een verkeerslicht benaderen. “Dit project vult andere proeven van PSA in Galicië aan, alsmede projecten elders in Europa en China”, zegt Ignacio Bueno, de eerste man van het autoconcern in Vigo. “Deze tests brengen de verschillende componenten samen van het complete ecosysteem dat uiteindelijk autonoom rijden mogelijk moet maken”.
Batterijconsortium
De deelname van PSA aan een Europees batterijconsortium is allerminst zeker. Het hangt er van af of er subsidie wordt verleend. Eerder leek het nog een uitgemaakte zaak dat PSA deel zou nemen aan het Europese batterijconsortium, om zo accupakketten in het vervolg in Europa te kunnen produceren. Daarmee kan voorkomen worden dat ze nog langer uit Azië betrokken moeten worden. Maar of dat ook gaat gebeuren, is inmiddels twijfelachtig. Volgens Tavares kan vooralsnog niet worden gegarandeerd dat er Europese subsidie kan worden verleend en juist dat is volgens hem van essentieel belang. Klaarblijkelijk hangt het af van de Europese Unie of PSA de bereidheid toont om forse investeringen te doen in dit project.
