Middenklasse auto’s uit het D segment zonder premium status zijn ten dode opgeschreven in Europa. Als zelfs marktleider Volkswagen geen brood meer ziet in een nieuwe editie van de sedan versie van de Passat, dan zal niemand het lukken om nog serieuze verkoopaantallen te realiseren in de personenwagen klasse waarin enerzijds SUV modellen en anderzijds premium merken domineren.
Opel merkt dat aan het teleurstellend aantal orders voor de Insignia. Puur rationeel is er niks mis met deze gezinswagen, maar in ‘emotioneel’ opzicht ontbreekt er ook het een en ander. De Insignia heeft namelijk geen avontuurlijke uitstraling. Ook niet in Country Tourer uitvoering, want dat blijft een opgedirkte en opgehoogde stationwagen. Fabrikanten van premium auto’s kunnen daar mee weg komen, maar in het volume segment gelden andere verkoopwetten.
Betekent dit dat Opel de handdoek in het D segment de ring gooit? Nee, want de overname door het PSA concern biedt juist nieuwe kansen. De Fransen hebben hun tanden stuk gebeten op verovering van een punt van de Chinese autotaart. Zelfs het premium label DS is niet in staat om het succes van de Duitse luxe merken in het Aziatische land te evenaren. Toch wil PSA topman Carlos Tavares van geen wijken weten. Want waar Citroën, DS en Peugeot tot nu toe faalden, daar zou Opel kunnen slagen.
Opel is momenteel niet actief op de Chinese automarkt. Eigenlijk raar, want al zijn landgenoten zijn dat wel. Maar voor de verklaring moeten wij bij het voormalige moederbedrijf General Motors zijn. Die wil niet dat Opel modellen die beschikken over Amerikaans / Duitse techniek aldaar verkoopt (ook niet in Noord Amerika trouwens). General Motors brengt die auto’s aldaar liever zelf aan de man onder het Buick label. Begrijpelijk, want Chinezen zijn groot fan van dit merk.
Maar met Opel modellen zonder DNA van General Motors kan PSA doen en laten wat zij wil. Dit betekent dat de Duitse dochter haar tanden op afzienbare termijn in de Chinese automarkt mag gaan zetten. Dat zal zij nog niet gaan doen met de nieuwe Astra (alhoewel die qua techniek volledig Frans is en dus geen banden met General Motors meer heeft) want die is wat aan de kleine kant om op de achterbank zittende Chinezen te kunnen verwennen, maar met de opvolger van de Insignia. Dat gaat de Monza-e worden: een elektrische cross-over waarvoor het licht zonder Chinees afzetpotentieel nooit op groen gezet zou zijn.
De Monza-e, die een schuine daklijn à la een coupé krijgt, zal worden gebaseerd op het nieuwe eVMP platform van PSA. De productie moet vanaf 2023 in het Duitse Rüsselsheim van start gaan. Met enkel verkoop in Europa kunnen de ontwikkelingskosten niet terugverdiend worden. Terugkeer naar de Amerikaanse markt zit er niet in omdat Peugeot zich daar vanaf 2022 namens het PSA concern wil revancheren met een cross-over versie van de nieuwe 308. Maar Opel mag in China aan de slag gaan. Inclusief deze afzetmarkt valt er wél een business case voor de Monza-e te maken.
Dat is ook voor de Duitse dealers goed nieuws, want waar Italië en Frankrijk typische B segment landen zijn, en men in andere delen van Europa de voorkeur geeft aan een C segment model, daar wordt het hart van de automarkt bij onze oosterburen gevormd door het D segment. De Volkswagen Golf is weliswaar sinds mensenheugenis marktleider in Duitsland, maar modellen als de Audi A4, BMW 3-serie, Mercedes C klasse en Volkswagen Passat zijn ook niet weg te slaan uit de hoogste regionen van de verkoopstatistieken. Hetzelfde geldt voor de Audi Q5, BMW X3 en Mercedes GLC.
Opel kan daar met alleen de Monza niet veel tegenover stellen, helemaal niet nu het vermogen van de krachtigste motor geknepen is tot 230 pk. De Grandland X biedt in stekker hybride 4×4 vorm weliswaar meer power, maar dat blijft toch een wat fletse SUV met een banale uitstraling waar een zwarte motorkap niet veel aan kan veranderen. Anders gezegd, als Opel weer écht succesvol wil worden in eigen land, dan moet zij een auto op de markt brengen met het elan van de Commodore uit de jaren zestig en zeventig. Dat was een auto waar Audi toen nog niet meer kon concurreren en waar BMW in vergelijking tests een harde dobber aan had.
De coupéversie van de Commodore werd in 1978 vervangen door de Monza. Autohistorici waren aanvankelijk verdeeld of dat nou zo’n goede zet was, maar vriend en vijand waren het er over eens dat de GSi versie, die na de facelift op het toneel verscheen, een zeer begerenswaardig auto bleek te zijn met een zo mogelijk nog groter klassiekerpotentieel dan de Commodore GS/E. Maar in 1986 was het afgelopen. Opel dacht beter zaken te doen met de Omega 3000, maar aangezien dat carrosserietype ook te koop was in naakte 1.8 LS uitvoering met misschien wel de lelijkste plastic velgdeksels uit de geschiedenis, was die auto toch geen volwaardig alternatief voor de beroemde sportcoupé.
De Monza werd dus gemist en de firma met het Blitz logo maakt er al jaren geen geheim van te verlangen naar een comeback in (natuurlijk) een modernere vorm. We herinneren ons de Opel GT conceptstudie in 2007, in 2013 gevolgd door de Monza Concept en de GT in 2016. Al die stijlstudies deden de buitenwereld sterk denken dat de fabrikant iets voor ons aan het voorbereiden was, maar steeds kwam er een “Njet” van het bureaucratische hoofdkantoor van General Motors. Gelukkig spreekt men achter de burelen van PSA een andere taal.
Het lijkt erop dat dit alles nu concreter wordt aangezien er in de wandelgangen nieuws en onthullingen te vernemen vallen over het toekomstige topmodel dat op afzienbare termijn het daglicht gaat zien bij Opel. Dat wordt dus een elektrische cross-over coupé die dan de naam Monza-e gaat krijgen. Inmiddels heeft Opel dit zelf in halve woorden bevestigd. Merkchef Michael Lohscheller heeft namelijk alvast wat informatie gegeven over de richting die hij met deze auto wil inslaan.
“Wij willen het thema sportiviteit in de toekomst opnieuw uitvinden. Mobiliteit moet leuk zijn, aantrekkelijk voor het hart en niet alleen voor de hersenen”. Alles wijst er dus op dat dit een voertuig wordt waarbij het rijplezier centraal stelt, een sportwagen die vooral inspeelt op emoties om de autoconsument (die zich vroeger een Commodore kon permitteren) te verleiden. Dit is heel goed nieuws, aangezien de huidige Opel producten behoorlijk rationeel en serieus zijn. Voorlopig zullen we dus genoegen moeten nemen met deze nog vrij abstracte uitspraken, al is er inmiddels nog meer interessante informatie: de Monza-e wordt gelanceerd in 2023. Een relatief korte deadline, hetgeen betekent dat de teams die verantwoordelijk zijn voor dit project inmiddels al groen licht hebben gekregen …
Zoals gezegd gaat de Monza-e gebaseerd worden op een gloednieuw platform van PSA, genaamd eVMP dat momenteel ontworpen wordt voor voertuigen in het C- en D- segment en dat in 2022 debuteert onder de derde generatie Peugeot 3008. Een jaar later is de Monza-e de eerste auto van Opel die van dit onderstel gaat profiteren. Volgens de eerste informatie wordt de elektrische cross-over ongeveer 4,90 meter lang en moet hij ongeveer 400 tot 600 kilometer kunnen afleggen op één lading, dankzij batterijen van 60 tot 100 kWh. Het motorvermogen zou rond de 400 pk bedragen, maar het ligt voor de hand dat er ook andere minder krachtige versies aangeboden gaan worden. Tenslotte was de originele Monza er in de herfst van zijn leven ook in 2.2i uitvoering …
