Polestar, dochtermerk van Geely en Volvo, heeft vorig jaar een omzet gerealiseerd van 2,4 miljard dollar. Dat is 86 procent meer dan in 2021. Het nettoverlies halveerde tot een half miljard dollar.
In het vierde kwartaal kwam de omzet uit op bijna 1 miljard dollar. De brutowinst steeg in deze periode van 200.000 dollar naar 62 miljoen dollar. Er werden in het vierde kwartaal 21.000 auto’s geproduceerd. Dat is de kwartaaldoelstelling voor heel 2023. Indien Polestar die weet te realiseren, dan komt de autoproductie dit jaar uit op ruim 80.000 auto’s. De doelstelling voor wat betreft de brutowinst is 120 miljoen dollar.
Ondanks een goed voerde kwartaal blijft Polestar achter bij haar eerdere groeiverwachtingen. In het eigen 5-jarenplan werd gerekend op een verkoop van 124.000 auto’s in 2023. Het bedrijf meldt desondanks dat het vasthoudt aan haar doelstelling om in 2025 een productie van een kleine 300.000 personenwagens te bereiken. Om te voorkomen dat Polestar haar huidige, schamele winstmarge verspeelt, zal het merk zich niet in een prijsoorlog met Tesla werpen.
In 2022 werden er in Nederland door Polestar 2.194 auto’s op kenteken gezet, hetgeen 15 procent minder is dan in 2021. In de eerste 2 maanden van dit jaar was er sprake van een stabiel afzetniveau. Aangezien de totale autoverkopen in deze periode wel duidelijk zijn toegenomen, betekent dit een verlies aan marktaandeel. Polestar zal dat tij pas kunnen keren als in 2024 de ‘3’ leverbaar wordt.